Alertkaart spinale musculaire atrofie (SMA)
Wees alert op
- het gebruik van beademingsapparatuur. Indien er sprake is van beademing, neem dan contact op met betrokken Centrum voor Thuisbeademing (CTB);
- verminderde ademspierkracht en hoestkracht;
- de saturatie; behandel bij lage saturatie de oorzaak:
- (aspiratie)pneumonie (laagdrempelig antibiotica),
- sputumretentie bij verminderde hoestkracht (comprimeren, airstacken, evt. hoestmachine),
- respiratoire insufficiëntie met hypercapnie (beademen).
- het toedienen van zuurstof, dit kan de ademprikkel onderdrukken. Monitor CO2 bij toediening van O2;
- respiratoire insufficiëntie (hypoxemie of gecombineerde hypoxemie/hypercapnie) bij zwakte van de ademhalingsspieren;
- gecompliceerde intubatie door kleine mondopening;
- de (laagdrempelige) inzet van extra beademing indien patiënt chronisch intermitterend beademd wordt.
Wees alert op
- het risico op hypoglykemie;
- een gecompliceerde intubatie door kleine mondopening;
- warmtemanagement en verhoogde kans op hypothermie;
- het gebruik geen spierrelaxantia;
- de contra-indicatie voor depolariserende spierrelaxantia (succinylcholine);
- ademhalings- en hoestondersteuning na de ingreep.
- Neem contact op met hoofdbehandelaar en/of het behandelteam van het SMA expertisecentrum (UMCU).
- Neem contact op met het Centrum voor Thuisbeademing (CTB) van de patiënt.
- Vraag naar het NRNB-beleid van de patiënt.
- Vraag naar het SOS-kaartje van de patiënt voor relevante aanvullende informatie en contactgegevens.